Dierenwelzijn

Dierenwelzijn is een begrip dat verband houdt met het standpunt dat nutteloos dierenleed moet vermeden worden.

Britten zijn voorlopers op dat vlak, wat zij “animal welfare” noemen, en zijn uitermate bezorgd over het welzijn en de gezondheid van hun dieren.

Het was in het Verenigd Koninkrijk dat de eerste vragen, beleidsmaatregelen en acties ten gunste van dierenwelzijn tevoorschijn kwamen.

In 1822 keurde het Britse parlementslid Richard Martin een wet goed die runderen, schapen en paarden beschermde tegen menselijke wreedheid. In 1824 was hij een van de oprichters van de Society for the Prevention of Cruelty to Animals of SPCA. In 1840 gaf koningin Victoria haar zegen aan deze vereniging en veranderde de naam ervan in RSPCA (Royal Society for the Prevention of Cruelty to Animals), de afkorting waaronder ze nu bekend staat bij de Britten.

 

Bescherming van het milieu en duurzame ontwikkeling

Door te kiezen voor een strenge en sterk milieugerichte landbouwpolitiek, opteerden de kwekers van rundvee en lammeren voor hun vleesproductie voor een efficiënt en duurzaam ontwikkelingsprogramma dat bijdraagt tot een beter leefmilieu.

De belangrijkste maatregelen die toegepast worden zijn:

  • Vermindering van het broeikaseffect door een betere en meer doeltreffende productie

  • Tegengaan van wildgroei door het onderhoud van veengebieden en weilanden

  • Opslag van koolstof in de bodems door een efficiënt weidebeheer

  • Vermindering van het gebruik van meststoffen

  • Beredeneerde recyclage van dierlijke uitwerpselen

  • Verwijdering van afvalstoffen

  • Optimaliseren van waterreserves en versterkte controles van de waterkwaliteit

  • Onderhoud van het natuurlijk landschap in landelijke gebieden